Vogels voeren
Het voeren van de vogels doe je zo!
Vogels zijn verstandige eters. Van nature gaan ze op zoek naar een gevarieerd menu. Ze zullen nooit alleen maar leven van het voer dat u ze aanbiedt. Wilt je ze toch wat meer variatie bieden? Wat kan je ze eigenlijk allemaal geven? En wat absoluut niet?
Strooivoer
Zadenmengsels zijn vanaf het najaar te koop bij dierenwinkels, tuincentra en supermarkten. Mengsels grote korrels zijn niet geschikt voor tuinvogels. Zaadmengsels met een goede samenstelling vindt u in elk geval in onze webwinkel of bij Vivara. Goede mengsels bevatten stukjes mais, kleine zaden, zonnebloempitten en stukjes pinda.
Vetbollen
Vetbollen zijn vooral geschikt als het wat kouder is, anders bederft het vet. Vetbollen leveren veel energie, en bestaan uit een zadenmengsel, gegoten in een harde soort vet. Wanneer het vriest kunnen sommige vetbollen erg hard worden. U kunt ze dan in stukjes snijden en op een voederplank leggen. Op deze manier kunnen ook vogels die normaal gesproken niet op een vetbol zitten ervan eten. Zelf vetbollen maken is niet moeilijk.
Pinda’s
Pinda’s zijn in de winter een welkome aanvulling op het menu van veel vogels. In de lente en zomer kunt u ze echter beter weghalen, omdat jonge vogels ze niet goed kunnen verteren en erin kunnen stikken. Met doppinda’s in een korfje of aan een slinger kunt u vogels goed bekijken. Gepelde pinda’s kunt u in een pindasilo aanbieden, zodat ze er stukje af kunnen pikken. Zoutloze pindakaas vermengd met strooivoer kunt u op de bast van een boom smeren voor de boomklever.
Zonnebloempitten
Zaadeters zoals de groenling, mees en vink zijn bedreven in het openmaken van hun favoriete hapje. Vooral zwarte zonnebloempitten zijn het hele jaar geliefd bij deze soorten.
Fruit
Geef geen kleine stukjes, vooral bij vorst kunnen vogels zich daarin verslikken. Laat vogels zelf pikken van bijvoorbeeld een gehalveerde appel, peer, banaan of druif. Fruit dat van nature voorkomt in ons land, mag u altijd voeren.
Brood
Kruimels of restjes vallen in de smaak bij tuinvogels. Voer gevarieerd, dus liefst niet te veel brood.
Insecten
Roodborst, pimpelmees, boomkruiper en winterkoning lusten graag verse of gevriesdroogde meelwormen. Voer niet te veel tegelijk en let op dat er geen dode wormen blijven liggen.
Dierlijk vet
Vogels hebben een relatief grote behoefte aan verzadigd vet. Vetbollen of reuzel zijn daarom een goede aanvulling op het dieet. Ook een kaaskorstje lusten ze graag, maar geef niet te veel, want het bevat zout.
Gekookte rijst
Gekookte rijst of aardappels zonder zout, kunnen een goede aanvulling zijn in een strenge winter. Geef niet te veel, want gekookt voedsel bederft snel.
Honden- of kattenvoer
Is in beginsel niet geschikt, omdat er veel grote, harde en droge stukken in zitten. Alleen in een lange droge zomer kan blikvoer of geweekt voer een aanvulling zijn voor vogels die niet voldoende insecten of wormen kunnen vinden.
Wat u niet moet voeren!
- Melk, vogels kunnen dit niet verteren.
- Margarine en olie. Bij watervogels kan vloeibaar vet de waterdichtheid van de veren aantasten. Bovendien werken deze vetten mogelijk laxerend.
- Gezouten, gebrande pinda’. Zout is erg ongezond voor vogels.
- Erwten, bonen, linzen enzovoort. Dit voedsel is eenvoudig te groot voor de meeste tuinvogels. Let daarom bij aankoop van vogelzaad wat erin zit.